Bouwbeschrijving om een varend Skûtsje te maken
van "de twee gebroeders" uit Drachten
Omschrijving om functionele houten blokken maken.
 


Blokken maken:
Tijdens het maken van de Jubilé omstreeks het jaar 1995 ben ik onderstaande tekst voor het maken van modelbouw blokken tegengekomen. Omdat ik niet meer weet van wie deze tekst is en omdat er op internet weinig tot niets over dit onderwerp te vinden is, wil ik jullie deze uitleg niet onthouden. Ik neem aan dat de auteur hier na zoveel jaren geen bezwaar tegen heeft.

HET BOUWEN VAN FUNCTIONELE BLOKKEN MET BINNENBESLAG.
Hierbij een beschrijving van mijn methode voor het maken van functionele blokken. De methode is het eindresultaat van een experimenteer proces van bijna 10 jaar.
Het begon met de Benjamin Latham, mijn Grand Banks schoener. Toen ik aan dit model begon was ik nog van plan er gekochte blokken (hout of kunststof) op te zetten.
Het bouwen van de romp en vooral het maken van het beslag ging beter dan ik gedacht had (het is tijdens het bouwen van dit model dat ik de smaak van het werken met messing en hard solderen te pakken heb gekregen). Ik begon steeds kritischer te kijken naar het zakje met houten blokjes dat ik al eens gekocht had. Niet alleen vond ik ze er niet mooi uitzien, ze waren bovendien niet te krijgen in de maten die ik nodig had. Daar kwam nog bij dat er nog veel aan moest gebeuren (afwerken, touwstrop er om heen). En dan waren ze nog niet eens functioneel!
Kortom, toch maar eens een poging gewaagt.
De Benjamin Latham was een Amerikaans vissersschip uit het begin van deze eeuw, en op dit soort schepen werden uit meerdere delen opgebouwde blokken met binnenbeslag gebruikt.
Zoiets moest het dus worden.

De eerste pogingen bestonden uit het moeizaam uit de hand in elkaar lijmen van minuscule doosjes, waar dan gaatjes in geboord moesten worden (uit de hand!) en er dan moeizaam een schijfje in prutsen een hopeloos karwei. Een eerste verbetering in de methode ontstond toen ik gebruik ging maken van een boormal en met secondelijm ging werken. De onderdelen van het blok werden gestapeld in een raam. Daarna werden ze gelijmd. Dat is mogelijk door een unieke eigenschap van cyanoliet lijm ("secondelijm"). Het trekt in spleten (via de z.g. capillaire werking)
Je hoeft dus niet moeizaam de kleine onderdeeltjes met lijm in te smeren en op hun plaats te brengen maar kan het hele pakketje nauwkeurig opstapelen en daarna pas lijmen. Gefixeerd door het raam werd daarna een plaatje met nauwkeurig aangebrachte boringen "de boormal" boven op het pakketje gelegd waarmee de gaten geboord werden en afwerking volgde.
Vanaf dat moment ging het beter. De boormal werd nog veranderd en vooral de methode voor het nauwkeurig fabriceren van de verschillende mallen (voor iedere blokmaat één) werd nog verbeterd. Een en ander heeft geleid tot de hieronder beschreven methode die blokken oplevert die er volgens mij heel redelijk uitzien, heel goed functioneren en die, zoals de praktijk uitwijst, zich ook heel goed houden. Ik heb er een paar aan mijn sleutelbos die er al vele jaren aanzitten en ik moet zeggen, ze worden alleen maar mooier!

Vooraf nog enkele opmerkingen:
- De beschreven methode levert blokken met binnenbeslag op. De blokken met buitenbeslag, vooral die met de ruitvormige plaat bij het schijfgat, zijn met deze methode niet zonder meer te maken.
- Het heeft vele jaren geduurd voor deze methode ontwikkeld was. In die tijd is mijn ervaring vermeerderd en mijn gereedschap uitgebreid. De methode is dan ook niet bedoeld voor bouwers die volgens de klassieke "hamer, nijptang, schroevendraaier en aardappelschilmesje" methode werken.

Wil de methode goed werken dan moet men:
- Gebruik maken van geschikt hout (fijnnervig en vast van structuur) bv. vruchtbomen hout.
- In staat zijn zeer nauwkeurig een serie boringen in een messing plaatje te maken. (vrienden hebben die dat kunnen is trouwens ook goed; misschien nog wel beter!)
- Plankjes kunnen zagen die nauwkeurig aan de maat zijn. Afwijkingen niet meer dan enkene tienden van millimeters.
- In deze plankjes een groef kunnen freezen.

Is bovenstaande te versieren dan staat niets het maken van diverse blokken in de weg.


HET MAKEN VAN DE BOORMAL.
1) Bijgevoegde maatschets verkleinen tot de gewenste grootte.
2) Keuze maken over dikte van geleidepinnen A. De dikte van deze geleidepinnen bepalen waar precies geboord moet worden.
Hoe kleiner het blok des te dunner de pinnen om de fixatie van de plankjes zo naukeurig mogelijk te houden. Niet te dun want dan wordt het systeem te flexibel.
Voor de kleinste blokmaat (6 m/m hoog) gebruik ik 0,8 m/m diameter staaldraad, voor de grootste 1,5 m/m.
3) Verkleinde maatschets op plaatje messing (1,5 - 2 m/m dik) plakken. Onder een loep de boorpunten licht aanprikken met een centerpunt op de geplakte kopie. Kontroleren onder loep of ze goed zijn. Definitief inslaan met hamertje.
4) De dikte van de "verbindingspinnen" B hangt uiteraard af van de grootte van het blok. Ik gebruik bij de kleinste maten 0,5 m/m dan oplopend naar 0,8 1,0 en 1,2 m/m voor de grootste maten.
5) Als alle boorpunten naar tevredenheid zijn gecenterd, het messing plaatje (nog steeds met de afbeelding erop geplakt) onder de boorstandaard boren.
BELANGRIJK:
6) De boringen voor de verbindingspinnen 1/10 groter maken dan de te gebruiken pinnen! Zie verderop
7) Asgat en geleidepinnen A op dezelfde maat als de te gebruiken materialen boren.
8) Beginnen met de kleinste boringen (gaat vaakste mis en als de afgebroken boor blijft steken moet men helemaal opnieuw beginnen).
9) Als de boringen naar tevredenheid gelukt zijn, het messing plaatje tijdelijk met (seconden)lijm op de bodemplaat lijmen (eventueel met papier ertussen) en het plaatje als boormal gebruiken om blinde gaten voor de geleidepinnen A te maken. Andere gaten niet boren.
10) Boormal voorzichtig van de grondplaat verwijderen.
11) Geleidepinnen op lengte maken (hoogte tweeschijfsblok met enkel millimeters extra maar niet te lang, want dan problemen onder de boorstandaard), stomp puntje eraan slijpen en het andere eind in de bodemplaat lijmen.
12) Grondplaat groot genoeg maken om goed te kunnen hanteren onder de boorstandaard.

MAKEN VAN BLOKKEN.
Nodig:
- Plankjes van geschikt hout (fijn van nerf en dichte structuur Bv. Peer, kers, buxus, hulst, ebben, appel) die strak tussen de geleidepinnen passen. De dikte is gelijk aan de dikte van de wangen plus enige overmaat voor de afwerking.
- Plankjes van dezelfde breedte maar dunner voor de tussenschotten (bij tweeschrijfblokken).
- Balkjes, iets dikker dan de te gebruiken schijven, voor de dwarsbalkjes.
- Schijven van messing of hout.
- Passend messing rond voor de as.
- Mogelijkheid om in de plankjes "buitenste wangen" een groef te frezen met een zwaluwstaart frees.
- Messing strips ter breedte van de gebruikte frees, lang 3 - 4 maal de blokhoogte, dik 0,3 - 0,4 m/m
- Passende boortjes voor verbindingspennen en asgat.
- secondelijm, zo dun en vers als mogelijk.

Het principe van deze methode is het houtpakketje waar het blok uit ontstaat op te bouwen in de boormal tussen de geleidepennen. De delen worden vooraf niet ingesmeerd met lijm maar er wordt gebruik gemaakt van de capillaire werking van de dunne, verse secondelijm (cyanoliet) om in de spleten te trekken. Het is daarom noodzakelijk om vaste, fijn nervige houtsoorten te gebruiken. Dunne secondelijm hecht slecht aan poreuze houtsoorten en dikke (of te oude) lijm heeft de capillaire werking niet.

Om te beginnen frezen we de groeven voor het messing stripje in de plankjes, vervolgens zagen we de plankjes in blokjes van de gewenste bloklengte plus 1 á 2 m/m overmaat voor de afwerking. We beginnen met het lijmen van de messing strips. Als de maatvoering van de messing strips goed is kunnen we ze klemmend in een wangblokje schuiven. De andere wang schuiven we er aan de andere kant op.
De afstand tussen de blokjes (die de grootte van het oog bepaald) hangt af van de grootte van het blok en of we een blok met een of twee schijven maken en moet proefondervindelijk bepaald worden. Als de afstand goed is dan verlijmen we de strips met secondelijm.
Het geheel wordt nu in de boormal gelegd met de tweede wang naar voren uitstekend in de pijlrichting. Daarmee zorgen we dat het oog aan de goede kant komt. Zie pijl op maatschets.
Het verdient aanbeveling om een stop in de vorm van een messing stripje op de grondplaat van de boormal te lijmen om er voor te zorgen dat het wangblokje iedere keer ver genoeg, maar niet te ver buiten de geleidepinnen uitsteekt. Als het onderste wangblokje goed geplaatst is dan lijmen we aan de buitenkant van de geleidingspinnen boven en onder twee dwarsbalkjes. De dwarsbalkjes hebben we van tevoren in stukjes van 1,5 tot 2 cm gezaagd om ze hanteerbaar te houden.
Vervolgens wordt het tussenschot geplaatst, goed uitgericht en verlijmd. Dan weer twee balkjes op boven beschreven manier. Vervolgens wordt de messingstrip teruggebogen tot de andere wang (goed uitgericht) tussen de geleidepinnen valt. Verlijmen en de boormal over de geleidepinnen schuiven.
Asgat en gaten voor de geleidepinnen in het pakketje boren. Pakketje uit de boormal nemen. Vaak is het pakketje enigszins met de geleidepinnen verlijmd, maar met een beitelvormig hulpstuk kunnen we het pakketje meestal zonder schade uit de mal krijgen. Uitstekende stukjes hout afslijpen en het pakketje zo strak mogelijk haaks slijpen.
Schijven maken, plaatsen en as doorsteken. Niet verlijmen! de as gaat er in de praktijk, ook bij functionele blokken nooit uit. Uitstekende aseinde met een slijpschijfje afslijpen. Verbindingspinnen plaatsen. Door de overmaat boring (zie punt 6) gaan ze er makkelijk in. Met secondelijm fixeren. Uiteinde afslijpen. Boven en onderkant afwerken, oog bijwerken. Als het blok een hondsvot moet hebben, een van de beide messing strips die aan de onderkant uitsteken laten staan en een gaatje boren. Het andere lipje afslijpen. Nu het blok in zijn uiteindelijke vorm slijpen en schuren.
De maatschets is iets breder gemaakt dan in werkelijkheid. Daardoor ontstaat er enige overmaat voor het in de vorm  schuren van de wangen. In de praktijk haalt men hier al snel teveel weg waardoor de blokken te langwerpig worden. Voor conservering de blokken een dag in de teakolie leggen, bij gebruik nu en dan met een kwastje herhalen.

Onderdelenschets van hulpstukken:
Frees, boormal, bodemplaat met geleidepinnen en afstandsblokje.

Onderdelenschets blok:
Wangen met messing strip, deelstapeling blok.

Maatschets voor het verschalen van blokmaat.

 


Klik met rechtermuistoets op de afbeelding en kies "afbeelding opslaan als"
Open de afbeelding bv. in paint en verschaal de maatschets op de gewenste grootte om te printen.

 

Omschrijving om functionele houten blokken maken